Liesbeth Zijlstra: ‘We proberen uit, we kalibreren, we evalueren en we stellen bij’

Liesbeth Zijlstra is voorzitter van de werkgroep EVC- en vrijstellingenbeleid rondom de uitvoering van het bestuursakkoord. Hiernaast is zij als voorzitter betrokken bij het Landelijk Overleg Examencommissies van de lerarenopleidingen. Tijdens de informatiesessie Leraren voor morgen op 18 november jl. heeft Liesbeth een stand van zaken gegeven over het werken met landelijke afspraken rondom het EVC- en vrijstellingenbeleid. Hieronder een uitwerking van de presentatie die zij gegeven heeft.

 
 

‘Eén van de aanleidingen van het bestuursakkoord is het advies van Merel van Vroonhoven. Zij is zij-instromer en geeft inmiddels les in het primair onderwijs en daar doet ze wekelijks verslag van in de Volkskrant. Het is niet onverstandig om dat af en toe te lezen, want het helpt om hier meer zicht op te krijgen.’

‘Onwenselijke verschillen tussen instellingen zouden moeten worden verkleind en er moet een heldere verantwoording zijn van wat wij doen.’

‘Andere aanleidingen zijn de strategische beleidsagenda van de Vereniging Hogescholen en de versnellingsopdracht van de Stuurgroep Lerarenopleidingen. Onwenselijke verschillen tussen instellingen zouden moeten worden verkleind en er moet een heldere verantwoording zijn van wat wij doen, zowel intern als extern. In het bestuursakkoord staat verschillen tussen opleiding verkleinen, maar inmiddels zijn we tot de ontdekking gekomen dat verschillen tussen instellingen verkleinen an sich niet per se het doel is, maar wel onwenselijke verschillen. In de werkgroep gaan wij op zoek naar die onwenselijke verschillen.’

‘Het is buitengewoon inspirerend om dit landelijk op te pakken, omdat je buiten de deur kijkt en van elkaar leert.’

'De uitdaging van de werkgroep zat hem er in om bij de uitwisseling met collega’s in het land niet alleen de verschillen te benoemen, maar juist te kijken naar hoe we hier met elkaar profijt van kunnen hebben door met elkaar iets gezamenlijks te maken. Er is al ongelooflijk veel expertise en kennis overal aanwezig en hoe kunnen wij hier slim gebruik van maken? Het is buitengewoon inspirerend om dit landelijk op te pakken, omdat je buiten de deur kijkt en van elkaar leert en elkaar heel scherp houdt op wat die doelen precies zijn.’

 

‘Het doel van het harmoniseren van het EVC- en vrijstellingenbeleid is: dezelfde kwaliteit en uitwisselbaarheid van elders verworven competenties en vrijstellingen, die leiden tot een passend opleidingstraject voor studenten. Hier moeten wij het met elkaar over hebben. Wat is dezelfde kwaliteit? Waar baseer je dat dan op? Wat is dan je uitgangspunt? Uitwisselbaarheid: je wilt bij de ene instelling een stukje onderwijs volgen en bij de andere instelling een ander stukje, moet je dan helemaal opnieuw beginnen? Dat is niet de bedoeling. Dit zijn kernelementen waar in de werkgroep over gesproken is.’

‘Wat zijn de eerste resultaten? In het najaar van 2020 is het rapport van het Landelijk Overleg Examencommissie verschenen, waarin we met elkaar hebben afgesproken wat de generieke vrijstellingen zijn. En een tweede resultaat is het gezamenlijk werken aan kennisdeling, borging en professionalisering van assessoren, intakers en begeleiders.’

 

‘Binnen het Landelijke Overleg Examencommissies zijn vijf resultaatgebieden afgesproken die te maken hebben met vrijstellingenbeleid. Het eerste resultaatgebied gaat over vrijstellingen voor minoren. Het tweede punt gaat over overname van landelijke behaalde resultaten. Die zijn voor de tweedegraadslerarenopleidingen en de pabo best helder gedefinieerd, dus dat kan je heel goed doen. Het derde punt is het erkennen van elkaars examinatoren als extern examinator. Dat deden we hier en daar al, maar nu gaan we het breed doen. Vrijstelling voor onderzoek op basis van behaald onderzoek in verwante opleiding is nummer vier. Dit punt moeten wij nog scherp gaan definiëren. Dat betekent dat het afspraken maken hierover één ding is, maar dat dat vervolgens voortdurende monitoring en kalibratie vereist en dat je vervolgens moet kijken of we die afspraken moeten veranderen of dat ze nog steeds werken. Dus dat is eigenlijk een lopend proces. Het laatste punt is het vrijstellingenbeleid op het gebied van de vakken. Er zijn heel veel lerarenopleidingen en de aanpak is overal wat anders. Het vrijstellingenbeleid voor de tweedegraadslerarenopleidingen is al een eindje gevorderd. Wat betreft de vakmasters hebben wij een begin gemaakt en met de alo’s gaan we nu verkennen.‘

 

‘Er is inmiddels een handreiking voor EVC-assessments en wij zijn sinds studiejaar 2021-2022 bezig met de implementatie via EVC-pilots om eerst te kijken of het op deze manier werkt.’

 

‘In de handreiking zit een procedurebeschrijving en profielen en taken, zodat intakers en assessoren weten wat ze moeten gaan doen. We zijn scherp gaan zitten op de kwaliteit en dat zie je ook aan het landelijk beoordelingskader voor EVC-assessments. Dit kwaliteitsinstrument was moeilijk om te bepalen. We zijn op het hoogst mogelijke aggregatieniveau gaan zitten en dat betekent dat we uitgaan van de bekwaamheidseisen, want die zijn voor iedereen gelijk. We hebben richtlijnen opgesteld voor professionalisering. En omdat wij met elkaar gaan samenwerken is het van belang om goed helderheid te hebben over rollen en taken van de examencommissie.’

‘Wij hebben assessoren nodig die ontzaglijk goed in de vingers hebben hoe ze eerder verworven competenties kunnen herkennen en waarderen.’

‘We hebben geprobeerd de handreiking zo concreet mogelijk te maken als het gaat over de EVC-assessments. Voor een goede uitvoering hebben wij assessoren nodig die dat ontzaglijk goed in de vingers hebben hoe ze eerder verworven competenties kunnen herkennen en waarderen. Daarvoor stellen we eisen aan die assessoren. Voordeel is dat de assessoren ook worden aangewezen door onze eigen examencommissies in het land. Dat is anders dan vroeger toen wij weleens te maken kregen met EVC-assessmentbureaus. De rapportage van assessoren moet voldoende houvast bieden voor examencommissies om wat daarin staat ook te valideren, zodat kandidaten inderdaad in staat zijn om hun eigen kwaliteiten die ze hebben in te brengen in hun opleiding.’

 

‘We hebben vanzelfsprekend de klankbordgroep geraadpleegd en die gaven twee dingen aan ons terug: ga uit van minimaal vijftien studiepunten om te mogen deelnemen als kandidaat aan een EVC-assessment en doe dat na de poort.’

 

‘Wat de pilots betreft focussen we op drie aandachtspunten. Het eerste is het referentiekader voor EVC, uitgaande van de bekwaamheidseisen. Qua professionalisering bieden wij een traject aan voor intakers en assessoren dat op 12 november is gestart. De kwaliteitsbewaking ligt met name bij de leden van het Landelijk Overleg Examencommissies, maar de opleiding zelf moet daar vanzelfsprekend ook een heldere bijdrage in leveren.’

 

‘Hoe gaan we dit doen? We proberen uit, we kalibreren, we evalueren en stellen bij.’

 

‘In de evaluatie willen wij van alles weten. De eindvraag is in hoeverre draagt het bij aan het verminderen van die onwenselijke verschillen waar ik het net in begin over had. Dat gaan we zien, daar gaan we ons best voor doen, want dat was de bedoeling.’

 

‘De opbrengst die we al hebben is landelijk vastgesteld EVC-beleid door de Stuurgroep Lerarenopleidingen. Een andere opbrengst is het instrument landelijke handreiking EVC-assessment dat we dit jaar mogelijk gaan bijstellen op basis van de ervaringen. Daarmee zullen onwenselijke verschillen zijn verkleind, hebben we dezelfde kwaliteit en uitwisselbaarheid van EVC’s of vrijstellingen en daarmee een bijdrage geleverd aan het terugdringen van het lerarentekort. En dan moet het geheel klaar zijn voor landelijke invoering op 1 september 2022. Een forse opdracht, maar ook een hele leuke opdracht!’