‘We ronden het bestuursakkoord nu af, maar we zijn nog niet klaar’
Karin van Weegen en Anton van den Brink zijn de voorzitters van respectievelijk het landelijk overleg van de lerarenopleidingen voor het basisonderwijs (LOBO) en van de tweedegraads lerarenopleidingen (ADEF). Met hen kijken we terug op de afgelopen vier jaar van het Bestuursakkoord Flexibilisering Lerarenopleidingen en de verduurzaming van de opbrengsten daarvan.
Karin van Weegen
Anton: ‘Ik kijk er met een goed gevoel op terug. We hebben bij de start in 2021 de tijd genomen om een juiste programmastructuur op te zetten rond samenhangende thema's en doelen uit het bestuursakkoord. Dat leidde voor de hogescholen tot een aanpak die goed gewerkt heeft, en waarin collega’s van veel verschillende hogescholen elkaar ontmoetten in landelijke werkgroepen. Daarnaast werkten de hogescholen en universiteiten samen aan een aantal gemeenschappelijke thema’s, waaronder de professionalisering van lerarenopleiders. Ik denk dat we binnen het ingewikkelde construct van het bestuursakkoord, met veel partijen, kunnen terugkijken op een goed proces waarin veel is bereikt.’
Karin vult aan: ‘Voor de pabo’s is met name het samen optrekken met elkaar, en ook met de universiteiten waardevol geweest. Wat best lastig is en blijft, is om het complexe geheel van het bestuursakkoord goed op het netvlies te houden van alle betrokkenen in het brede veld van de lerarenopleidingen. En dat is nog eens extra lastig als je daarin de samenhang tussen de producten van het bestuursakkoord zichtbaar wil maken, ook in relatie tot andere ontwikkelingen, zoals het plan van aanpak Zij-instroom in Beroep en de herijking van bekwaamheidseisen en kennisbases.’
Wat vinden jullie de belangrijkste resultaten?
Anton: ‘Als ik naar de concrete producten kijk, dan vind ik de leeruitkomstgebieden voor alle lerarenopleidingen de belangrijkste opbrengst van het bestuursakkoord. De leeruitkomstgebieden zijn een belangrijke stap in het vergelijkbaar maken van de lerarenopleidingen. Door nu nog niet te kiezen voor eenheden van leeruitkomsten maar voor leeruitkomstgebieden, zijn opleidingen vrij om zelf keuzes te maken voor eenheden van verschillende omvang.’
Over de landelijke afspraken met betrekking tot de zogenaamde brede intake zijn Karin en Anton het eens. Karin: ‘Die afspraken zijn een belangrijk resultaat. Met de brede intake worden studenten voor de poort gelijk behandeld in de doorverwijzing naar leerroutes en mogelijke vrijstellingen. Daarmee kan worden voorkomen dat studenten gaan ‘shoppen’ langs verschillende lerarenopleidingen. De brede intake komt tegemoet komen aan de vraag om meer maatwerk. Dat zou ook moeten gelden voor de leeruitkomstgebieden. Maar ik denk dat die zeker in de buitenwereld nog wat minder leven. We hebben met de pabo’s eerste stappen gezet in de verdere harmonisatie van routes naar het leraarschap. We zullen die in de komende tijd verder uitwerken, door nog meer helder te maken wat gemeenschappelijk is en wat niet. Ik verwacht dat het traject dat we recent samen met OCW zijn gestart en zich richt op curriculumontwikkeling van de pabo’s, en afspraken over de rekentoets, herijkingsprocessen en naamgeving daar zeker bij gaan helpen.’
In de komende jaren moeten de lerarenopleidingen laten zien dat ze doen wat we hebben afgesproken. Welke rol zien jullie daarin voor LOBO en ADEF?
Als voorzitters van de landelijke opleidingsoverleggen voor de tweedegraads lerarenopleidingen en de pabo’s hebben Anton en Karin dezelfde beelden bij de verduurzaming van de opbrengsten van het bestuursakkoord. Anton: ‘We ronden het bestuursakkoord nu af, maar we zijn nog niet klaar. De implementatie van het bestuursakkoord is daarom als portefeuille belegd binnen ADEF. We zullen samen met LOBO een kwaliteitscyclus moeten inrichten voor het doorontwikkelen van de leeruitkomstgebieden, vergelijkbaar met herijkingsprocessen voor de landelijke kennisbasis en -toetsen. Iets soortgelijks geldt ook voor de brede intake. Ook deze zal up-to-date moeten blijven en daarvoor dient ook een proces te worden ingericht. Zeker nu de bekwaamheden worden herijkt, we net een nieuw beroepsbeeld hebben, en ook de kennisbases worden herzien met meer aandacht voor basisvaardigheden en hernieuwde focus op het niveau van startbekwaamheid. Dat vraag om voortdurende bijstelling, met als beperkende factor dat daarvoor wellicht geen extra middelen beschikbaar zijn. Ik denk dat we nog scherpere afspraken met elkaar moeten maken dat we zo gaan werken en blijven werken de komende jaren.’
Anton van den Brink
Flexibilisering moet helpen voor het terugdringen van personeelstekorten in het onderwijs, maar daar is meer voor nodig. Wat zal daarin in de komende jaren het verschil moeten gaan maken en wat vraagt dat van betrokken partijen?
Karin benadrukt dat opleidingen en scholen elkaar hierin nodig hebben: ‘Het gaat niet alleen om flexibilisering van opleidingen, maar ook over de flexibilisering van de school als arbeidsorganisatie en over loopbaanmogelijkheden.’
Anton vult aan: ‘Dat vraagt om het anders organiseren van onderwijs, waarbij ook meer en anders opgeleide onderwijsprofessionals nodig zijn. Van onderwijsassistenten en leraarondersteuners tot pedagogen en vakexperts. En het is de vraag of dat voldoende zal zijn. Ik denk dat ook de inzet van nieuwe technologieën zoals AI en AR in hoog tempo een weg naar het onderwijs moet zien te vinden, zodat het leren van leerlingen niet meer alleen afhangt van de inzet van docenten.’
Het bestuursakkoord heeft geresulteerd in een intensievere samenwerking tussen hogescholen en universiteiten. Hoe kijken Karin en Anton naar de voortzetting van die samenwerking?
Anton: ‘Hogescholen en universiteiten vinden het allebei belangrijk om samen op te trekken, ook nu het bestuursakkoord is afgelopen. Dit gebeurt momenteel al rond Nationale Aanpak Professionalisering van Leraren (NAPL), de herijking bekwaamheden en binnen de regionale allianties. De allianties zouden een structureel karakter kunnen krijgen binnen de onderwijsregio's en ook op in de afstemming op landelijk niveau.’
Karin: ‘De samenwerking tussen LOBO en het landelijke overleg van de universitaire lerarenopleidingen voor het basisonderwijs (ICL-PO) heeft onder andere door het bestuursakkoord een flinke boost gekregen en zal ook niet ophouden nu het bestuursakkoord is afgelopen.’
Dit interview maakt deel uit van deze publicaties in het kader van de afsluiting van het Bestuursakkoord Flexibilisering Lerarenopleidingen:
Maatwerk in opleiding moet leraarschap aantrekkelijker maken voor overstapper - Gemeenschappelijk nieuwsbericht 10vdl / VH en UNL, 6 februari 2025
Eindrapportage Bestuursakkoord Flexibilisering Lerarenopleidingen
Maatwerk voor leraren - Samen flexibel opleiden met leeruitkomsten en brede intake
‘Geef jezelf de volledige tijd die ervoor staat’ - Interview met Inge van Witzenburg, traject Zij-instroom in Beroep pabo, Hogeschool Utrecht
‘Het mooiste beroep van de wereld’ - Interview met Ineke Groen, traject Zij-instroom in Beroep tweedegraads lerarenopleiding Nederlands, Hogeschool Windesheim
‘Zij-instroom in beroep pabo vereist goed plannen en organiseren’ - Interview met Sandra Alderliesten, traject Zij-instroom in Beroep, Hogeschool InHolland